Sinds de start van de oorlog in Oekraïne heeft de Europese Unie de evacuatie van bijna 200 patiënten uit Polen, Slovakije, Moldavië en Oekraïne zelf naar elf andere Europese landen mogelijk gemaakt. Dat blijkt uit een balans die de Commissie maandag heeft bekendgemaakt.
Door de oorlog hebben al miljoenen Oekraïners hun land verlaten. Daardoor komen de gezondheidszorgsystemen in de buurlanden onder druk te staan en is Europese solidariteit vereist. Elf landen (België, Duitsland, Ierland, Italië, Noorwegen, Denemarken, Zweden, Roemenië, Luxemburg, Spanje en Portugal) toonden zich al bereid Oekraïners met medische noden op te vangen. Voor die bijna 200 evacuaties, die via het EU-mechanisme voor civiele bescherming verlopen, wordt onder meer het a llereerste Europese medisch evacuatievliegtuig ingezet.
"Onder de miljoenen mensen die de Russische agressie in Oekraïne ontvluchten, zijn de chronisch zieke patiënten degenen die de hoogste nood hebben aan gespecialiseerde medische zorg", zegt Europees commissaris voor Crisismanagement Janez Lenarcic. "We kunnen grote solidariteit zien van lidstaten die bedden ter beschikking stellen van de patiënten met de grootste noden. Dit redden van levens zet Europese solidariteit om in realiteit."
België heeft sinds begin maart 150 bedden ter beschikking gesteld van oorlogsslachtoffers en andere Oekraïense patiënten. Het gaat om 120 ziekenhuisbedden, 15 bedden voor patiënten met ernstige brandwonden en 15 bedden op intensieve zorgen. Tot nu werd via het Europese evacuatiekanaal echter nog maar 1 patiënt overgebracht, geeft de FOD Volksgezondheid maandag aan. Die patiënt arriveerde ongeveer tien dagen geleden in België.
