Labotests kunnen door een geconventioneerde of een niet-geconventioneerde arts worden uitgevoerd. Bij de medicomut ligt momenteel een voorstel op tafel waarbij de voorschrijvende arts verplicht wordt de patiënt mee te delen dat de tests uitgevoerd kunnen worden door een geconventioneerde of een niet-geconventioneerde arts. Een punt van heftige discussie.
Als een geconventioneerde huisarts of arts-specialist voor zijn patiënt tests in de klinische biologie, pathologische anatomie of genetica aanvraagt, kan hij niet voorspellen of een geconventioneerde of niet-geconventioneerde arts deze tests zal uitvoeren, stipt AADM aan. In het tweede geval moet de patiënt ereloonsupplementen betalen. In een communiqué van 13 juni had AADM al tegen deze gang van zaken bezwaar geuit, omdat hij de tariefzekerheid van de patiënt in de weg staat, terwijl men kan voorspellen dat een geconventioneerde voorschrijver nu net tariefzekerheid voor de patiënt beoogt.
Bij de medicomut is een voorstel ingediend waarbij de voorschrijvende arts verplicht wordt vooraf aan de patiënt een document te overhandigen met de melding dat de tests uitgevoerd ‘kunnen’ worden door een geconventioneerde of door een niet-geconventioneerde arts. Volgens AADM “leidt dit onredelijke voorstel tot nog meer administratieve waanzin voor de huisartsen en artsen-specialisten en draagt het niets bij tot de toegankelijkheid van de zorg.” AADM heeft zich daarom op de medicomut van 15 juni tegen dit voorstel verzet. Evenals Kartel. “Het voorstel is gedrochtelijk”, commentarieerde Kartel-voorzitter Reinier Hueting. De gesprekspartners zijn niet tot een akkoord gekomen. Het dossier wordt opnieuw besproken op de medicomut van 4 juli.
AADM heeft alvast een alternatief voorgesteld: als een geconventioneerde huisarts of arts-specialist tests in de klinische biologie, pathologische anatomie of genetica aanvraagt, dan moeten die tests aan de conventietarieven uitgevoerd worden, los van de conventiestatus van de klinisch bioloog, pathologisch anatoom of geneticus.
Het alternatief van AADM is niet naar de zin van pas herverkozen Bvas-voorzitter en klinisch bioloog Marc Moens. “Huisartsen moeten specialisten niet opleggen om zich te conventioneren”, zegt hij. De Bvas-voorzitter is van mening dat de arts perfect de conventiestatus van de laboratoriumarts met de patiënt kan bespreken. Heeft de patiënt bezwaar tegen een samenwerking met een niet-geconventioneerde arts, dan kan hij zelf voor een andere keuze gaan.
Meer na 4 juli.