Hervorming wachtdiensten: huisartsen komen met voorstellen

De wachtdiensten in de huisartsenpraktijk brengen organisatorische en financiële problemen met zich mee. Tijdens de jongste medicomut kwamen enkele voorstellen op tafel van de artsen voorgesteld die voortvloeiden uit eerdere besprekingen tussen de vakorganisaties en de Franstalige kringen. Een werkgroep gaat ermee aan de slag.

Op de recentste medicomut legde dr. Guy Delrée (FAGW, vereniging van Franstalige kringen) de deelnemers een nota voor waarin een nieuwe vergoedingsmethode wordt voorgesteld. Deze nota was opgesteld in samenwerking met de syndicaten en de verenigingen van Waalse en Brusselse huisartsenkringen (FAGW en FAMGB) en door hen mee ondertekend. Aan Nederlandstalige zijde werd ook denkwerk uitgevoerd, maar de conclusies werden niet besproken. "Natuurlijk steunden we deze nota," dixit Dr. Luc Herry (Bvas). "Het grootste deel van de Nederlandstaligen steunde de nota ook, al vroegen enkelen bedenktijd."

Dr. Delrée werd op verzoek van GBO/Kartel als deskundige uitgenodigd op de vergadering. Hij schetste de basisprincipes van het nieuwe voorstel om tegemoet te komen aan de uitdaging om huisartsen naar behoren te vergoeden voor permanenties, zelfs als ze in minder "rendabele" gebieden werken, met name in minder dichtbevolkte plattelandsgebieden.

Twee assen

Het voorstel mikt op twee assen voor gepresteerde uren: aanwezigheid en beschikbaarheid.

De eerste as zou bestaan uit een forfait en een beperkte prestatie gebaseerd op het weektarief zonder urgentie. In dat geval zou er geen beschikbaarheidshonorarium gelden. Het forfait zou deels financieel gedekt worden door herinjectering van beschikbaarheidsvergoedingen en spoedcodes in het forfait.

Het vaste tarief + verminderde procedure (met niet-verminderde technische prestaties) zou ten minste gelijk zijn aan deze avond-, nacht- en weekendtarieven, die idealiter gelijk zouden moeten zijn aan 150% tot 200% van het weektarief, of rond €150 tot €200.

Voor de beschikbaarheid van de achterwacht zou de vergoeding 50 euro/uur bedragen. Als de arts wordt opgeroepen om in te grijpen, ontvangt hij het presentietarief (vast tarief + procedure) voor de gewerkte uren, zonder het wachttarief voor deze diensturen. Er moeten dus specifieke nomenclatuurcodes worden vastgelegd om een onderscheid te maken tussen wachtposten en wachtdiensten buiten de wachtpost.

Na een zeer duidelijke en gewaardeerde presentatie kreeg de werkgroep " Wachtdiensten" de opdracht om dit voorstel verder uit te werken, rekening houdend met een aantal vragen ter verduidelijking en gemaakte opmerkingen. De financiering van het voorstel zal transfers vereisen binnen de huidige enveloppe en een bijkomend budget om tegemoet te komen aan nog niet vervulde aanvragen. Het Riziv zal ook de budgettaire impact van deze voorstellen moeten beoordelen.

Inhaalbeweging wachtposten

Wat de infrastructuur van de wachtposten betreft, "is er eindelijk een inhaalbeweging afgesproken", legt dr. Herry uit. Dat was sinds 2015 niet meer gebeurd. Het budget is met iets meer dan 30% verhoogd.

"Er is ook een correctie goedgekeurd voor de verhoging van 61 naar 62 uur weekendwacht, omdat we gevraagd worden om op vrijdag om 18.00 uur te beginnen in plaats van 20.00 uur. We vragen al jaren om deze aanpassing. Het werd tijd," zegt Luc Herry. Hij vervolgt: "De wachtdienst is een openbare dienst. Hij moet op dezelfde manier behandeld worden als andere openbare diensten, zoals de brandweer, de politie, enz. en dezelfde financiële aangepast worden."

 

 

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.