In tegenstelling tot de berichtgeving van Het Nieuwsblad woensdag zullen huisartsenpraktijken nog niet meteen sneltesten op grote schaal inzetten. Dat meldt Roel Van Giel, voorzitter van Domus Medica, woensdag. Volgens hem is er wel een draaiboek opgesteld, maar moeten de huisartsenpraktijken daar nog concreet mee aan de slag gaan.
Het Nieuwsblad berichtte vanochtend dat de huisarts voortaan reeds na vijftien minuten zou weten of een patiënt al dan niet met het coronavirus besmet is. Dat zou kunnen dankzij het gebruik van een sneltest, die sneller resultaat oplevert dan de 'klassieke' pcr-test, waar het resultaat doorgaans 24 uur op zich laat wachten.
Van Giel noemt dat nieuws toch enigszins voorbarig. "We hebben een generiek draaiboek opgemaakt voor alle huisartsenpraktijken en dat gisteren ook verspreid", klinkt het. "Maar dat wil nog niet zeggen dat morgen alle huisartsen met sneltesten aan de slag zullen gaan". Concreet bevat het draaiboek aanbevelingen welke testen het best aangekocht kunnen worden en hoe de praktijk daarvoor ingedeeld dient te worden.
Het zijn de huisartsen zelf die beslissen of ze die testen al dan niet aankopen en ermee aan de slag gaan. Van Giel verwacht dus dat "in een aantal praktijken" sneltesten in de volgende weken beschikbaar zullen zijn, maar lang niet overal. Concrete cijfers daarop plakken is volgens de voorzitter van de huisartsenvereniging moeilijk. Al benadrukt hij dat sommige huisartsen wel degelijk reeds met sneltesten aan de slag zijn.
Sowieso is en blijft de klassieke pcr-test de standaard. Enkel bij een specifiek type patiënten kan overgegaan worden tot het afnemen van een sneltest. Het gaat dan om patiënten met symptomen die maximaal vijf dagen aanwezig zijn en waarbij er een vermoeden is van COVID-19.