Leidinggevenden van ziekenhuis staan terecht voor onopzettelijke doding patiënt

De nabestaanden van een zeventiger met alzheimer vinden dat twee leidinggevenden van ziekenhuis Joostens in Zoersel in de fout zijn gegaan door een dementerende man met een agressieprobleem bij hem op de kamer te leggen. De man zou het slachtoffer geslagen hebben, waardoor de zeventiger een hersenbloeding opliep en stierf. De leidinggevenden staan terecht voor onopzettelijke doding door een gebrek aan voorzichtigheid. De procureur vindt het oorzakelijk verband tussen de slagen en het overlijden niet vaststaan en vorderde de vrijspraak.

Eric H., een patiënt met de ziekte van Alzheimer, kreeg op 20 juli 2021 een nieuwe kamergenoot die aan dementie leed. "De man kon niet meer in zijn woonzorgcentrum blijven, nadat hij een medebewoner had proberen te wurgen. Het was al het zestiend e geval van agressie", pleitten meesters Bart en Maud Vosters namens de vrouw en dochter van Eric H.

Op de avond van 21 juli vertelde Eric H. aan een verpleger dat zijn kamergenoot hem in het gezicht had geslagen. De echtgenote van het slachtoffer meldde de volgende dag dat hij blauwe plekken had, waarna beslist werd om de kamergenoot te verplaatsen. Eric H. werd in de nacht van 22 op 23 juli dood aangetroffen in zijn bed. Uit de autopsie bleek dat een hersenbloeding hem fataal werd. 

Het onderzoek spitste zich toe op een eventuele nalatigheid van de toenmalige directeur patiëntenzorg van het ziekenhuis en het diensthoofd van de afdeling, omdat zij de tweepersoonskamer zouden hebben toegewezen. De nabestaanden menen dat zij wel degelijk in de fout gingen, omdat ze wisten dat de man agressief was. 

Het openbaar ministerie was het daar niet mee eens. "Hij had ook agressief kunnen worden in de dagzaal, waar alle patiënten overdag naartoe werden gebracht. Men kan niet aantonen dat de feiten vermeden konden worden louter en alleen door de agressieve patiënt op een eenpersoonskamer te leggen."

De procureur merkte ook op dat de doodsoorzaak niet met honderd procent zekerheid bepaald kon worden. "De hersenbloeding werd 'waarschijnlijk' veroorzaakt door stomp geweld op het gelaat. Er is dus geen duidelijk oorzakelijk verband tussen de slagen en het overlijden. Ik vorder voor beide beklaagden de vrijspraak."

De verdediging van de twee leidinggevenden schaarde zich daar volmondig achter. "Mensen met alzheimer hebben bloedingen in de hersenen, dat is eigen aan dat ziektebeeld. Niemand kan met zekerheid zeggen dat de bloeding een traumatische oorzaak had", zei meester Rudi Vermeiren namens het diensthoofd. 

Zijn confrater John Maes pleitte namens de toenmalige directeur patiëntenzorg dat twee artsen die van het agressieprobleem op de hoogte waren, geen bezwaar hadden tegen de toekenning van een tweepersoonskamer. Zijn cliënte vertelde zelf aan de rechtbank dat veel mensen met dementie wel eens agressief kunnen worden. "Zij worden daarom vaak geweigerd. Maar ons ziekenhuis wil voor iedereen toegankelijk zijn en kiest ook voor een menselijke aanpak." Het diensthoofd beaamde dat ze altijd de best mogelijke zorg willen bieden en dat ze elk overlijden betreuren. 

Vonnis op 11 maart.

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.