Eén op de tien gezinnen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft te kampen met energiearmoede en leeft noodgedwongen in een onvoldoende verwarmde woning of moet de betaling van zijn energiefacturen uitstellen. Onder de armste gezinnen bevindt één op de drie zich in energiearmoede. Dat blijkt uit een studie over energiearmoede van het Observatorium voor Gezondheid en Welzijn, de studiedienst van Vivalis.

In totaal kampen 71.500 Brusselse gezinnen met energiearmoede, 10 procent van alle Brusselse gezinnen. "Bij de laagste inkomens wordt de verwarming laag gezet of uitgedraaid. Daardoor ligt het energieverbruik van het laagste inkomenssegment gemiddeld 20 procent onder dan dat van de meer welgestelden", aldus Vivalis. "De verwarming uitschakelen is voo r hen geen bewuste ecologische keuze, maar een economische noodzaak."

 De energiearmoede is daarbij niet het gevolg van een gestegen gebruik, maar heeft ermee te maken dat arme gezinnen vaker in energieverslindende woningen verblijven.  Ruim 16 procent van de woningen in de hoofdstad zijn van energieverslindende aard, dit tegenover tien en zes procent in Wallonië en Vlaanderen.  Die woningen zijn moeilijk te verwarmen, waardoor de meest kwetsbare gezinnen nog minder thermisch comfort hebben. 

Naast die problemen moeten ze ook vaak genoegen nemen met te kleine woningen voor hun behoeften: ze stellen het met gemiddeld 68 vierkante meter, terwijl de meer welgestelden onder de Brusselaars doorgaans 142 vierkante meter bewonen, aldus het Observatorium voor Gezondheid en Welzijn van Brussel-Hoofdstad Vivalis.

Hoewel de armste gezinnen het meeste baat zouden hebben bij renovaties, lijken de renovatiesteunmaatregelen voor particulieren vooral ten goede te komen aan gezinnen die een eigen woning bezitten, besluit de organisatie. 65 procent van de Brusselaars huurt, de meesten van hen wonen in woningen in slechte staat, duidt Vivalis.