Artsen zullen zich aan het nieuwe ziekenhuislandschap moeten aanpassen met ziekenhuisoverschrijdende associaties. Geen sinecure met de huidige ‘koterij’ van financiêle regelingen, totaal ondoorzichtig trouwens, zegt het Kartel.
“Een nationaal akkoord over de erelonen heeft een hoog virtueel gehalte omdat de impact van de afhoudingen in de ziekenhuizen veel groter is dan een onderhandelde honorariumaanpassing”, luidt de kritiek. Artsen hebben zo vandaag geen tariefzekerheid meer, herijking is zeer ver weg. Het is eens wat anders dan de heilige graal van tariefzekerheid bij patiënten.
Het zou een grote gemiste kans zijn om van deze gelegenheid geen gebruik te maken om de structuur van de financiële regelingen te uniformiseren. Het ASGB stelt voor om directe (en indirecte kosten per m² eveneens) nominaal aan te rekenen. Voor indirecte kosten per FTE is zoiets alleen in een eerste fase mogelijk omdat artsen er geen vat op hebben.
Intellectuele prestaties en multidisciplinair werken moeten beter beloond worden, dat zijn oude stokpaardjes van het syndicaat. Tot slot waarschuwen Hueting en Rutsaert nog voor mogelijke belangenconflicten (spanningen tussen moedercentrum dat naar ander netwerk moet) en de pensioenbom van de statutairen.
Praktische problemen kunnen door de veranderingen uitvergroot worden: de mobiliteit van ASO’s en stagemeesters tussen ziekenhuizen in een netwerk, het contact met de huisartsen.
Lees ook: "KB netwerken: duivel zit in de details"