120 gemeenten worstelen met huisartsentekort

Zeventig Vlaamse, 43 Waalse en zeven gemeenten uit het Brussels Hoofdstedelijk Gewest hebben te kampen met een tekort aan huisartsen. Dat verklaarde Frank Vandenbroucke in de Kamer.
Het tekort aan huisartsen blijft de parlementaire gemoederen beroeren. Met de regelmaat van een klok komt de problematiek aan bod in de kamercommissie Volksgezondheid. Minister Vandenbroucke deelde onlangs de meest recente cijfers over het tekort mee.

Vlaanderen telt met zeventig gemeenten de meeste lokale tekorten aan huisartsen. In Wallonië werd in 2021 afgeklopt op 43 gemeenten met een huisartsentekort, in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest op zeven. Indrukwekkende cijfers, maar volgens de minister gaat het wel de goede richting uit.

In vergelijking met 2012 daalde het aantal gemeenten met een huisartsentekort van 143 naar 120. De daling is volledig toe te schrijven aan Vlaanderen, in de twee andere regio’s nam het aantal gemeenten met een tekort lichtjes toe. Om de tekorten weg te werken, moeten er in Brussel 77 huisartsen bijkomen, in Wallonië 107 en in Vlaanderen 198.

Om het tekort verder in te dijken, trok Vandenbroucke het door de Planningscommissie voorgestelde quotum voor huisartsen met nog eens tien procent op. “Ik heb de Planningscommissie ook de opdracht gegeven het effect na te gaan van de coronapandemie op het huisartsenbestand en de huisartsen te bevragen over hun gewenste activiteitsgraad”, aldus de minister.

“Ik zie het debat over het huisartsentekort veel ruimer dan louter een focus op het aantal artsen. Ook de spreiding over het grondgebied is een belangrijk aandachtspunt en vooral een goede praktijkorganisatie en financiering zijn essentieel. Ik verwacht dan ook veel van de reflectiegroep die een implementatieplan uitwerkt voor de New Deal.”

Sociale verantwoordelijkheid
Half juni stelde Vandenbroucke de visienota “A New Deal voor de huisartsenpraktijk” voor aan de artsensyndicaten. Eind diezelfde maand keurde de medicomut een plan van aanpak met vier werkpakketten goed. Tegen eind januari 2023 moet de reflectiegroep een eindrapport klaar hebben. 

Daarnaast komt er een brede bevraging van het terrein via een kwantitatieve enquête en focusgroepen. Die wordt voorzien voor het einde van dit jaar. Het derde werkpakket loopt tot april volgend jaar en houdt de uitwerking in van een concreet financieringsmodel. 

Ten slotte moet tegen begin 2024 werk worden gemaakt van de verdere implementatie. Overleg met de deelstaten zal hierbij noodzakelijk zijn omdat ook zij bevoegd zijn voor sommige aspecten.

De vrees van Kathleen Depoorter (N-VA) dat de toegankelijkheid van de zorg in het gedrang komt als huisartsen hun conventionering intrekken, is volgens Vandenbroucke ongegrond. “Globaal is de conventioneringsgraad van de huisartsen groot. Ik vind dat belangrijk omdat het blijk geeft van sociale verantwoordelijkheidszin van de huisartsen.”

Die sociale verantwoordelijkheidszin blijkt ook uit het massaal toepassen van de derdebetalersregeling. Begin 2021 paste 65% van de huisartsen het systeem toe, momenteel loopt dat op tot 82% (wat de minister ook al meedeelde in de vorige papieren editie van MediSfeer).

> Hoeveel huisartsen studeren volgende zomer af?

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.