Onderzoekers van de VIB-KU Leuven hebben ontdekt dat het afremmen van de activiteit van het HDAC6-eiwit een nieuwe therapeutische piste kan zijn voor de behandeling van zenuwschade. Dat is niet het geval voor CMT, een aandoening van het perifeer zenuwstelsel die wereldwijd 1 op 2.500 mensen treft, maar ook voor zenuwschade als gevolg van chemotherapie.
Bij CMT kwijnen de zenuwen die van het ruggemerg naar de spieren lopen weg. Prof. Ludo Van Den Bosch en zijn team ontdekten bij proefmuizen dat selectieve blokkering van HDAC6 zowel de motorische als sensorische problemen tegengaat. HDAC6 is een eiwit dat &-tubiline bewerkt, een van de belangrijkste structurele onderdelen van het celskelet. "Verschillende vormen van CMT worden immers gekenmerkt door een verstoring van de regulatie van &-tubuline", aldus Dr. Veronique Benoy.
Deze aanpak is wellicht ook nuttig voor zenuwschade als gevolg van chemotherapie. Heel wat kankerpatiënten ontwikkelen immers pijnlijke zenuwpijnen als een bijwerking van chemo. Tijdens proeven met muizen bleek dat bij toediening van het kankermedicijn Vincristine selectieve remming van HDAC6 niet alleen de zenuwschade voorkwam maar bovendien ook de tumor voor leukemie afremde. Het beschermt volgens onderzoekster Lawrence Van Helleputte derhalve niet alleen de nevenwerkingen van chemo, het kan daarenboven ook nuttig zijn voor de bestrijding van de ziekte zelf.