Malaria-uitbraken beginnen steeds vroeger door klimaatverandering

Het malariaseizoen in Zuid-Congo begint steeds vroeger vanwege de opwarming van de aarde door de klimaatverandering. Dat concludeert een team van Belgische en Congolese wetenschappers van onder meer de Universiteit Antwerpen uit een analyse van historische gegevens in medische dossiers.

De muggen die de malariaparasiet overbrengen, gedijen het best bij een temperatuur van 20 tot 25 graden. In gebieden met seizoensgebonden malaria wordt het steeds eerder op het jaar warm en houdt de warmte ook langer aan. Dat is goed nieuws voor de muggen, maar zet dus ook de deur open voor vroegere malaria-uitbraken.

Gegevens uit historische gezondheids- en klimaatregistraties van de provincie Opper-Katanga in de Democratische Republiek Congo (DRC) bevestigen nu die theorie. De malaria-incidentie is er toegenomen tot het niveau van voor de jaren 1940, toen er ingrijpende malariabestrijdingsmaatregelen werden ingevoerd. De stijging valt samen met stijging van de gemiddelde temperaturen.

"Het temperatuurprofiel vlak voor de seizoensgebonden toename van malaria-infecties is de afgelopen eeuw met 5 graden gestegen, van 12 naar 17 graden", legt onderzoeker Joachim Mariën (UAntwerpen) uit. "Dat maakt het voor de parasiet duidelijk een stuk makkelijker om zich voor te planten."

Om de stijging tegen te gaan, raden onderzoekers aan om indoor residual spraying (IRS) te intensiveren. "Dat is een belangrijke strategie voor het beheersen en uitroeien van de ziekte, vooral in hooggelegen gebieden die worden getroffen door klimaatverandering", klinkt het.

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.