Prinses Astrid heeft vrijdag de bekkenbodemkliniek Mirha in Zaventem officieel ingehuldigd. De prinses wil met haar steun helpen om bekkenbodemproblemen meer bespreekbaar te maken en vrouwenzorg in de kijker te zetten.
Een op de twee vrouwen krijgt in haar leven te maken met bekkenbodemproblemen, blijkt uit onderzoek. Het kan bijvoorbeeld gaan om urine-incontinentie, anale incontinentie, chronische pijnen of verzakkingen. Ook een zwangerschap en bevalling kunnen langdurige gevolgen, zoals urineverlies, veroorzaken.
Hoewel erg veel vrouwen te maken krijgen met deze ongemakken, praat slechts een op de drie vrouwen erover. Amper 5 procent durft spontaan anale incontinentie aan te kaarten.
Het bekkenbodemcentrum Mirha in Zaventem wil de problemen uit de taboesfeer halen, enerzijds door er wel over te praten en anderzijds door een brede en multidisciplinaire behandeling aan te bieden. Een team van negentien professionals, bestaande uit onder meer gynaecologen, urologen, kinesisten, seksuologen, psychologen en pijnspecialisten, staat klaar om patiënten te helpen.
"Dat is toch uniek in het zorglandschap", zegt oprichter Ann Pastijn. "Een patiënt maakt geen afspraak met één bepaalde specialist, maar komt naar het centrum met haar klacht. Op basis hiervan bepalen we een zorgtraject, dat we samen, met het hele team, opvolgen. Zo verbetert de behandeling niet alleen, maar ook de communicatie tussen specialisten onderling, en die tussen de specialist en de patiënt. Wachttijden voor patiënten verminderen, en, misschien nog het meest belangrijk, de vrouw wordt centraal geplaatst in het zorgtraject. Deze manier van werken zou eigenlijk voor elke klacht toegepast moeten worden, niet enkel voor bekkenbodemproblematieken."