Invoering oproepnummer 1733 in drie fases

De invoering van het unieke telefoonnummer 1733 is verschoven naar 2016. Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Maggie De Block plant een invoering in drie fases.

 

Voormalig minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Laurette Onkelinx (PS) kondigde tijdens de vorige legislatuur aan dat vanaf 1 januari 2014 in het hele land het unieke oproepnummer 1733 zou gelden voor oproepen ‘s avonds, ‘s nachts of in het weekend voor mensen die medische hulp nodig hebben. In de praktijk gebeurde dat slechts gedeeltelijk.

Kamerlid Valerie Van Peel (N-VA) vroeg huidig minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Maggie De Block (Open VLD) onlangs in de Kamercommissie Volksgezondheid hoe ver het staat met de invoering van een algemeen nummer 1733 voor de wachtdiensten.

Maggie De Block legde in haar antwoord uit dat de invoering van het oproepnummer 1733 in fasen verloopt. “In de eerste fase worden de telefoonnummers van de huisartsenwachtdiensten geprogrammeerd binnen de telefonierobot van het project. De programmering gebeurt op basis van de postcode. Als de patiënt zijn postcode ingeeft, wordt de oproep automatisch doorgeschakeld naar het telefoonnummer van het desbetreffende wachtonderdeel. Deze programmering vraagt overleg met de huisartsenkringen, aangezien er voor bepaalde postcodes meerdere wachtonderdelen tussenkomen en er dus moet worden uitgemaakt welke oproep naar waar moet worden afgeleid.” De uitrol van deze eerste fase werd voorbereid in de provincie West-Vlaanderen. Na de nodige tests en eventuele aanpassingen kunnen de andere provincies volgen.

In een tweede fase worden de oproepen niet langer door de telefonierobot beantwoord, maar worden ze doorgestuurd naar een bevoegd persoon binnen het hulpcentrum 112. Bij het beantwoorden van de oproepen maakt hij gebruik van bevragingsprotocollen die vergelijkbaar zijn met oproepen naar het nummer 100 en die gevalideerd worden door wetenschappelijke organisaties als Domus Medica en de SSMG. Op provinciaal vlak hebben ook de huisartsenkringen hun zeg bij de invoering. Op die manier ontstaan er lokale beheersprotocollen. Deze tweede fase is momenteel al van start gegaan in de regio rond Brugge, in de volledige provincie Luxemburg, in een groot deel van de provincie Henegouwen en in een eerste kring in Namen. Binnenkort komt er een bij in de provincie Luik. Er zijn verschillende redenen waarom deze tweede fase nog niet overal van start gegaan is: men moet beschikken over voldoende opgeleide personeelsleden en die moeten een geschikte werkplek hebben binnen de hulpcentrales.

In de laatste fase wordt het volledig aangepast reglementair kader ter beschikking gesteld. “Dat wil niet zeggen dat we vandaag buiten de wet werken”, stelt de minister van Volksgezondheid. “De laatste gezondheidswet van de vorige legislatuur heeft hiervoor namelijk een kader gecreëerd.” De uitvoeringsbesluiten moeten nog wel geschreven worden. Daarvoor wil De Block echter eerst kennisnemen van de ervaringen met de proefprojecten. Bovendien wil ze op verschillende niveaus overleg plegen met de huisartsenkringen.

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.