Maak kennis met dr. Isabelle Bomboir: ze is huisarts, heeft gestudeerd aan de Universiteit van Bergen en vervolgens aan de ULB, waar ze in 1999 haar artsendiploma behaalde. We spraken af in het Centrum voor gezinsplanning en seksuologie in Elsene. Samenvatting van een ontmoeting waarbij de gezondheid van de vrouw voortdurend in het middelpunt van de debatten stond en die de gelegenheid bood om aan de volgende boodschap te herinneren: “Abortus is geen probleem, maar de oplossing!”
Dr. Isabelle Bomboir is afkomstig uit Bergen (en in hart en nieren, want ze woont nog altijd in de regio). Ze is op 17-jarige leeftijd begonnen met haar studie geneeskunde, nadat ze in Saint-Symphorien haar lagere school had doorlopen in een kleine school met een sterk familiaal karakter, en daarna deed ze haar humaniora aan het Athénée Royal de Mons. Ze volgde een opleiding tot huisarts in wat toen lokaal-regionale huisartsenpraktijken werden genoemd. In deze groepen kwamen gedurende twee jaar om de twee weken 10 tot 15 pas afgestudeerde huisartsen uit dezelfde regio voor drie uur bijeen, onder leiding van een erkende stagebegeleider (professor Stibbe in het geval van Isabelle Bomboir). “Deze bijeenkomsten, die waren bedoeld om jonge artsen te laten praten over hun moeilijkheden in het vak, hadden niet de impact van een echt assistentschap, omdat we, buiten deze bijeenkomsten, alleen waren in onze praktijk”, zo betreurt ze.
Geen ‘roeping’, maar echt aangetrokken tot sociaal werk
Op de vraag wat haar tot de geneeskunde in het algemeen en de huisartsgeneeskunde in het bijzonder heeft gebracht, aarzelt dr. Bomboir even. Ze geeft toe dat, aangezien haar grootvader psychiater was in een tijd dat dit specialisme heel dicht bij de huisartsgeneeskunde stond, er bij haar thuis een ‘medische sfeer’ hing. Dat blijkt ook uit het feit dat haar zus werkt als psychologe. “Ik voelde me aangetrokken tot beroepen waar je dicht bij mensen kunt zijn. Ondanks een middelbare opleiding die mij niet voorbereidde op de wetenschappen, slaagde ik in het eerste jaar van de artsenopleiding. Ik ben natuurlijk verder gegaan met het oog op de algemene geneeskunde en altijd met de gynaecologie, of liever de gezondheid van de vrouw, als mijn horizon.”
Die stageperiode bevestigde later haar idee om huisartsgeneeskunde te gaan doen. Ze geeft immers toe dat de hiërarchische context en de nood aan prestatie die horen bij de ziekenhuizen, haar niet erg aantrekken. Ze werkte enkele jaren als huisarts maar dat beantwoordde niet aan haar verwachtingen omdat de behoeften heel groot zijn en de middelen schamel. Daarom legde ze zich geleidelijk toe op gezinsplanning na een korte ervaring bij het Rode Kruis. “Helaas zijn er niet genoeg van ons die in deze centra werken, wat betekent dat er tijdens de vakantieperiode vertragingen kunnen optreden van wel drie weken voordat patiënten op consultatie kunnen komen…”
In ieder geval is dit het terrein waarop dr. Bomboir zich heeft kunnen ontplooien, omdat het haar in staat stelt iets te beoefenen dat dicht bij de algemene geneeskunde ligt, maar met een specifieke focus op de gezondheid van de vrouw. Geleidelijk aan heeft ze zich vervolgens ‘gespecialiseerd’ in het uitvoeren van vrijwillige zwangerschapsonderbrekingen (abortus) en het opvolgen daarvan.
Abortus toegankelijk maken voor iedereen kent nog veel uitdagingen
Dertig jaar na de eerste wet waarbij abortus gedeeltelijk uit het strafrecht werd gehaald, is het volgens de website van het Centrum voor Planning nog steeds nodig om artsen en studenten in de psycho-medisch-sociale sector bewust te maken van deze volksgezondheidskwestie en om de preventie en voorlichting op het vlak van contraceptie en abortus te verbeteren.
In deze context probeert Isabelle Bomboir jonge artsen te motiveren om hier te komen werken, meer bepaald met een video met getuigenissen van artsen die in het planningscentrum werken: Les Mains des Femmes (de video is te vinden op YouTube). Ze organiseert ook opleidingsbijeenkomsten. Deze enorm interactieve bijeenkomsten, die niet alleen zijn gericht op artsen maar ook op iedereen die bij een vraag om abortus betrokken kan zijn, zijn bedoeld om uit te leggen wat een abortus is en wat er gedaan kan worden om aan het verzoek te voldoen. Tegelijkertijd geeft ze opleiding over abortus aan de ULB. Deze cursus omvat een gemeenschappelijke basisopleiding in de praktijk van gezinsplanning en vervolgens een specifieke opleiding in de abortuspraktijk voor assistenten in de huisartsgeneeskunde. Het gaat om 4-5 halve dagen theorie in het eerste jaar van het assistentschap, gevolgd door 10 halve dagen stage in een planningscentrum. Deze stages geven vervolgens toegang tot de abortusopleiding, die begint met twee dagen over het onderwerp abortus, de politieke en praktische aspecten ervan, en eindigt met twee jaar praktijkopleiding voor een halve dag per week.
Deze opleiding vindt plaats onder leiding van dr. Hélène Schils, referent van het Departement Algemene Geneeskunde van de ULB en de GACEHPA. Zij stelt de stageplaatsen en de opleiders in abortus voor.
Dr. Bomboir is ook beheerder bij de GACEHPA (Groupe d’Action des Centres ExtraHospitaliers Pratiquant l’Avortement), een groep van Franstalige centra voor gezinsplanning in België die abortus aanbieden buiten de ziekenhuizen in Wallonië en Brussel, een groep die ook op politiek vlak actievoert om nieuwe wetten over abortus door te voeren.
Abortus is geen probleem, maar de oplossing!
“De vrouwen die bij ons komen zijn opgelucht, ten eerste omdat ze erover kunnen praten, en ten tweede omdat ze op alle niveaus worden begeleid, ook juridisch en sociaal.” Dat is belangrijk voor vrouwen met een gemiddelde leeftijd van ongeveer 27-28 jaar, bij wie de correct gevolgde anticonceptie soms niet het verwachte resultaat heeft opgeleverd. Huisartsen houden nog al te vaak geen rekening met dit psychosociale aspect en abortus heeft nog vaak een slechte naam, zo betreurt ze. “Ook al lijkt de trend zich te keren… Ik ben huisarts en kan dagelijks getuigen dat onze activiteit wel degelijk tot de algemene geneeskunde behoort, al was het maar omdat wij ons laten leiden door het klinische beeld, maar ook omdat wij rekening houden met de totaliteit van de persoonlijkheid van onze patiënten. De consultaties voor gezinsplanning zitten dus vol leven en vol verhalen…” Desondanks wijst dr. Isabelle Bomboir erop dat het RIZIV haar praktijk niet als een algemene medische activiteit beschouwt omdat ze deel uitmaakt van een overeenkomst.
Het is in ieder geval duidelijk dat vrouwen zelden naar hun huisarts gaan als eerste keuze wanneer ze om een abortus vragen. “Wij verwijzen onze patiënten echter rechtstreeks door naar de huisarts voor alles wat niets te maken heeft met gynaecologie, met name reproductieve gezondheid”, zo zegt ze.
Een typische drukke dag
Gewoonlijk werkt ze van 9 tot 16 uur in het centrum, zonder lunchpauze (“Dat is een keuze…”). Dr. Bomboir begint haar dag meestal met het opvolgen van abortuspatiënten, waarna ze in de polikliniek abortusverzoeken behandelt en haar dag afsluit met abortussen en standaardconsultaties gezinsplanning. Ze oefent ook haar beroep uit in het planningscentrum van het Sint-Pietersziekenhuis, een centrum waar abortussen onder algemene verdoving worden uitgevoerd. “Hierdoor kan ik mijn patiënten alle opties voor abortus aanbieden. Maar we moeten toegeven dat heel weinig patiënten spontaan vragen naar algemene anesthesie”.
Hoewel 99% van haar patiënten vrouwen zijn, gaat seksuele gezondheid ook over mannen, met wie ze uiteraard seksueel overdraagbare aandoeningen (soa’s) bespreekt, maar ook hoe ze een abortus met hun partners kunnen regelen. Naast haar klinische en administratieve activiteiten besteedt ze veel tijd aan permanente vorming, meestal in haar vakgebied, zowel op Belgisch als op internationaal niveau, maar ook aan vergaderingen over algemene geneeskunde (bv. AMUB-dagen).
Een leven buiten de geneeskunde
Het is niet altijd gemakkelijk je gezinsleven te organiseren als je vier kinderen hebt (een van hen was voorbestemd voor geneeskunde voordat hij fysiotherapie ging studeren, vanwege de numerus clausus!). Daarom is haar klinische activiteit beperkt van 9 uur ‘s morgens tot 4 uur ‘s middags, om beschikbaar te zijn als de kinderen terugkomen van school. Met de tijd en dankzij het feit dat ze de luiers grotendeels achter zich heeft gelaten, kon ze een extraklinische adempauze nemen als administratief beheerder van de GACEHPA. Ze zal ook niet aarzelen om een sportieve activiteit te beoefenen (joggen, fietsen) want de streek waar ze woont biedt haar alle kansen om dat in alle rust en onafhankelijkheid te doen. “Ik moet ook in de natuur zijn,” vertrouwt ze me toe, “want als je in kantoren met verduisterde ramen werkt, wil je kunnen ademen.”
Wat is de toekomst van deze discipline?
In de best mogelijke wereld zou dr. Bomboir graag zien dat de klinische activiteit in Centra voor gezinsplanning daadwerkelijk wordt erkend, “omdat seksuele gezondheid een essentieel onderdeel van het leven” vormt. Het zou volgens haar ook goed zijn als seksuele gezondheid en abortus en de implicaties daarvan, die bijna ontbreken in het algemene medische curriculum, aan bod zouden komen. “In ieder geval gaat het mij meer om vandaag dan om de toekomst, want vandaag probeer ik te luisteren naar vrouwen en hun behoeften, en aan hen te bieden wat ze verwachten, of het nu gaat om anticonceptie of screening. En dus, om terug te komen op de video die ik eerder vernoemde, ben ik graag ‘les mains des femmes’.”