Omdat het aantal langdurig zieken in ons land jaar na jaar blijft toenemen, dringt een nieuwe visie op werk die het welzijn van werknemers op lange termijn vooropstelt, zich op, argumnteren dr. Laurens De Boeck en dr. Jeroen van den Brandt van Domus Medica in een opiniestuk.
Het aantal langdurig zieken in ons land blijft jaar na jaar toenemen. Afgelopen week waren het de jongeren die het nieuws haalden met een opvallende stijging van het aantal langdurige afwezigheden in die groep. Niet zo lang geleden stelde men nog vast dat een groot deel van de meer dan 500.000 langdurig zieken 50-plussers betreft. De conclusie lijkt dat heel België ziek is.
De oorzaken zijn complex en in verschillende domeinen te zoeken. Maar het staat vast dat zo goed als al deze mensen hun ziektestatuut verkregen via hun huisarts. Het is niet zo dat de huisartsen van slechte wil of onverschillig zijn. Integendeel, zij weten dat werken bijdraagt aan het welzijn en herstel van een patiënt. Tijdelijk ziekteverlof is echter vaak het enige instrument dat ze hebben om iemand te beschermen. Maar zodra iemand een maand of langer thuis zit, stoot de huisarts die zijn patiënt wil reactiveren nog altijd op te veel drempels. In theorie bestaan daarvoor allerlei hulpmiddelen. Denk aan de terug-naar-werkcoaches, loopbaancentra, GTB, GOB, re-integratietrajecten, hulp voor zelfstandigen,...
De realiteit is dat de wildgroei aan initiatieven op verschillende beleidsniveaus zorgen dat huisarts én patiënt te vaak door de bomen het bos niet meer zien. Er is een gebrek aan coördinatie en overleg tussen de verschillende ministers met gelijkaardige bevoegdheden. De patiënt moet door dat kluwen aan regelgeving en initiatieven zijn verhaal steeds opnieuw doen en vindt nergens écht gehoor. Momenteel zijn de werkgevers, arbeidsartsen en mutualiteiten zelden te bespeuren in de eerste maanden van de arbeidsongeschiktheid. Terwijl alle studies aantonen dat een snelle, aanklampende aanpak werkt om mensen sneller terug aan het werk te krijgen en te houden.
Een overleg tussen huisarts, arbeidsarts en adviserend arts zou de mogelijkheid bieden om de patiënt beter te helpen en te kijken wat wel kan. Hiervoor ontbreekt echter nog altijd een duidelijk kader. De arbeidsartsen en huisartsen zijn daar nochtans ook vragende partij voor. Recente initiatieven om dat transversaal overleg te stimuleren zijn versnipperd en veel te vrijblijvend voor de betrokkenen. Het helpt ook niet dat in ons land werkgevers niet langer dan een maand financieel verantwoordelijk blijven voor hun personeel en ook niet verplicht zijn om ze te contacteren om de re-integratiemogelijkheden te verkennen.
De overheid draagt hierin de grootste verantwoordelijkheid. Nederland kampte eind jaren 90 met een vergelijkbare ‘epidemie’ aan langdurig zieken. De regering besloot toen dat het genoeg was geweest en hervormde het hele systeem grondig. De heilige huisjes bleven hierbij niet gespaard. De huisarts is er niet langer bevoegd voor het schrijven en opvolgen van arbeidsongeschiktheid. Werkgevers moeten minstens één jaar het loon van hun personeel doorbetalen. Ze zijn verplicht om al na enkele weken samen met de arbeidsarts de werknemer te contacteren om te kijken wat de mogelijkheden zijn om terug (aangepast of deeltijds) aan de slag te gaan. Werknemers zijn verplicht om aan deze gesprekken deel te nemen en mee te werken.
Het resultaat? Een opvallende daling van het aantal langdurig zieken. In België is er helaas geen sprake van hervormingen, omdat de sterkhouders in het beleid hardleers zijn en vasthouden aan een recept dat duidelijk niet werkt. Bij ons wordt stoer gesproken over sancties voor artsen, werknemers en werkgevers. Bovendien wil men een geschiktheidsattest invoeren dat (alweer) de huisarts mag opstellen. Dat is morrelen in de (zieke) marge. Te veel betrokken partijen wijzen naar elkaar en ontkennen hun verantwoordelijkheid. De meesten lijken niet over hun schaduw te willen stappen.
Een hoopgevende uitzondering uit het kamp van de werkgevers was het rapport dat Daan Aeyels van Voka in 2022 publiceerde. Daarin staat een concreet voorstel om werkgevers en arbeidsartsen meer en sneller te activeren in de opvolging van hun ziek personeel. Zelfs de term ‘re-integratieplicht’, waarbij de werkgever de werknemer actief zou moeten bijstaan om het werk te hervatten, wordt genoemd. Een dankbaar lichtpunt in een debat dat visie mist.
Ook de arbeidsartsen zijn vragende partij voor hervormingen en een grotere rol in dit verhaal, zoals prof. Lode Godderis al eindeloos herhaald heeft. Hun stem wordt vooralsnog niet gehoord. Nochtans is niets minder dan een totaalplan nodig om dit probleem aan te pakken. Langdurige ziekte is nefast voor patiënt en samenleving. Aan het werk zijn en blijven is een cruciaal element voor het welzijn van mensen.
Een nieuwe visie op werk, die het welzijn van werknemers op lange termijn vooropstelt, dringt zich op. Dat vraagt een systematische samenwerking en verantwoordelijkheidszin van alle partijen. Als we blijven aanmodderen hoeven we niet verbaasd te zijn als de cijfers over vijf jaar nog gestegen zijn. U bent alvast gewaarschuwd.
Laatste reacties
Benno Martini
29 november 2024Best 1 centrale mutualiteit oprichten . Antwoord van collega Cornelissen is wat ongelukkig gezien de chronisch zieken vooral in het vlaamse landsgedeelte te vinden zijn en niet in het waalse gedeelte . Rva steuntrekkers zijn er effectief meer in het waalse landsgedeelte maar daar gaat het in dit artikel niet over .
Dirk DHOLLANDER
25 november 2024Inderdaad. Er is werk aan de winkel. Mijn analyse en invalshoek mag dan al wat verschillen: ik zag hoe en waarom het probleem is ontstaan en heb zoals velen, ook wel ideeën om te remediëren. Maar ook geen oplossing. Maar één ding is voor mij zeker: zachte heelmeesters maken stinkende wonden. Je zal nooit de kool en de geit volledig kunnen sparen en daar zal het schoentje knellen. Beelden die aangeven dat het pijn zal doen, niet populair zal zijn en dat je er geen applaus moet voor verwachten of stemmen zal oogsten. Wie steekt daar dan zijn nek voor uit?
Jozef GOBERT
25 november 2024In Nederland was er in de jaren 80 een zeer lage arbeidsparticipatie. Toen men deze opdreef werden de mensen die minder perfect geschikt waren voor de arbeidsmarkt in groten getale ziek. De werkgevers werden verantwoordelijk voor het verzuim en dit laatste werd losgekoppeld van ziekte. Werkgevers dienden alles uit de kast te halen om werknemers aan het werk te krijgen zoniet kregen zij zelfs tot maximaal 4 jaarlonen aan boete. Werknemers konden niet nee zeggen tegen deze reintegratiegesprekken en de overheid diende enkel als controleur om na te gaan of beide partijen deze afspraken nakwamen. Niet om dit verzuim te betalen. De hele materie hier uitleggen brengt ons te ver maar we moeten het wiel niet heruitvinden. Ik denk dat we probleemloos 3/4 van dit beleid kunnen overnemen maar dat ook onze werkgevers wel eens zouden kunnen schrikken hoe hun 'dumpingskanalen' zouden opdrogen. Ik werkte er 10 jaar en heb nooit begrepen waarom wij hier zoveel grote retoriek verspillen aan iets wat redelijk evident is. Aangezien een huisarts het verzuim niet moet betalen en dus feitelijk geen stake-holder is moet hij daar beter niet bij betrokken worden. Hij moet in deze context enkel waken over de gezondheid van zijn patiënt, meer niet.
Verzuim en ziekte/medisch gebrek staan eigenlijk vrij los van elkaar. Een voorbeeld? Vrouwen zijn meestal gezonder dan mannen , jongeren meestal gezonder dan ouderen. Verzuimcijfers bevestigen dat echter niet.
Anthony Cornelissen
25 november 2024Eigenlijk bestaat dat systeem al lang. Een 5tal jaar geleden heeft de CM daar een congres over gegeven, met een matige opkomst van huisartsen ( interesse?) Ik heb sindsdien een aantal pogingen ondernomen, die allemaal op een sisser uitdraaiden. Reden: het is meestal de werkgever die de patiënt niet terug wil. Vaak gaat het ook over patiënten die in conflict liggen of gepest worden en na enkele weken al vervangen zijn door een andere werkkracht waar ze minder “ last” mee hebben. Bij burn-out is de situatie iets anders. Daar gebruikte ik de hulp van “ aan zet “ , Met de hulp van bedrijfspsychologen, die in contact treden met de werkgever en goede afspraken lukte het meestal wel om deze mensen, meestal half-tijds terug aan het werk te krijgen.
Ons land is helaas nog steeds in de greep van, meestal, rode vakbonden, die deze langdurig zieken eerder steunen in hun ziektestatuut omwille van electorale redenen. Beste voorbeeld is Wallonië, waar je soms 3 generaties na mekaar hebt van steuntrekkers, met dank aan de rode partijen, die er de plak zwaaien, en zo, dank zij de “dankbaarheid” van dit kiespubliek aan de macht blijven, en gezien een deel van deze materie federaal blijft, Vlaanderen blokkeren om ingrijpende maatregelen te nemen. Dus ook deze materie moet zo snel mogelijk geregionalseerd worden en dan pas kan er gewerkt worden aan de toekomst.
Dr. A. Cornelissen