De Commissie Geestelijke Gezondheid van de Federatie van Brusselse HuisArtsenVerenigingen (FBHAV) trekt aan de alarmbel: de huisartsen van de hoofdstad zien veel geestelijke gezondheidsproblemen, die vaak te maken hebben met armoede en samenvallen met lichamelijke aandoeningen en verslavingsproblematiek. Huisartsen voelen zich alleen gelaten met deze situatie. De FBHAV geeft een Zwartboek uit, met getuigenissen van collega’s. De gebrekkige financiering van de geestelijke gezondheidszorg wordt aangekaart.
Het Zwartboek, dat op 1 maart gepubliceerd wordt, brengt verhalen over patiënten die de draad van het leven kwijt zijn, te midden van een moeilijke persoonlijke of familiale situatie. Sommige patiënten vinden troost in alcohol of drugs, slapen op straat, zijn niet in staat aan een afspraak bij de dokter tegemoet te komen, enzovoort. Dit zijn maar enkele elementen uit een indrukwekkende opsomming.
Van de huisartsen die getuigen, heeft 89% “iedere maand, iedere week of iedere dag moeilijkheden om een patiënt naar een specialist of een gespecialiseerde dienst door te verwijzen”, terwijl de complexiteit van de situatie waarin de patiënt zich bevindt, daar eigenlijk toe noopt. Het Zwartboek vertelt welke inspanningen huisartsen moeten leveren om steun te vinden en “hoe lang ze aan de telefoon moeten blijven om specialistisch advies in te winnen, een afspraak vast te krijgen bij een psychiater binnen een redelijke tijdspanne en/of aan een sociaal tarief, aangepaste opvang te vinden of iemand dringend te laten opnemen.”
De huisartsen zijn ook gefrustreerd over de inertie van systemen zoals jeugdzorg, sociale hulp en het gerecht. “Te vaak steken de betrokkenen geen vinger uit buiten hun ‘reglementair’ werkveld.”
Maar niet alle problemen zijn te wijten aan gebrekkige samenwerking. De FBHAV wijst op de ontoereikende financiering, die niet aangepast is aan de realiteit in Brussel. In de hoofdstad vindt men een specifieke populatie, met aanzienlijke medische en sociale problemen. “In de hoofdstad heerst er nu al een nijpend tekort aan psychiatrische bedden. Kan men er echt nog meer sluiten, om de mobiele teams verder te ontwikkelen, zoals de hervorming van de geestelijke gezondheidszorg het wil?”
Ondanks al deze moeilijkheden, zijn de Brusselse huisartsen bereid mentaal kwetsbare patiënten te blijven helpen. Achteraan in het Zwartboek doen ze aanbevelingen om de situatie te verbeteren. Die pagina’s vormen de aanzet naar een Witboek, dat de politiek mogelijke oplossingen zal voorleggen om de begeleiding van de betrokken patiënten te verbeteren binnen een samenwerkingsmodel.
Eén mogelijk idee is dat men een helpdesk opricht, waar huisartsen 24 uur op 24 terechtkunnen voor informatie. Men zou ook een groen nummer kunnen instellen, waarmee huisartsen rechtstreeks de specialist van het ziekenhuis kunnen bereiken. En het is belangrijk de huisarts feedback te geven over een patiënt die in de tweede lijn behandeld is. Dat moet gesystematiseerd worden. Ten slotte nog dit: de huisartsen zijn vragende partij voor samenwerking binnen hun praktijk met een eerstelijnspsycholoog, van wie de prestaties door de ziekteverzekering zouden worden terugbetaald.