Kwart arbeidsongeschikte mensen zit thuis door psychosociale aandoening (MLOZ)

Een kwart hoofddiagnoses bij de start van een arbeidsongeschiktheid betreft een psychosociale aandoening. Dat toont de nieuwste studie van de Onafhankelijke Ziekenfondsen. Uit diezelfde resultaten blijkt ook dat vooral een vrouwelijke bediende intreedt in arbeidsongeschiktheid omwille van burn-out, depressie of angststoornis.

De Onafhankelijke Ziekenfondsen benadrukken dat investeren in optimale werkomstandigheden en in het welzijn van werknemers belangrijke voorwaarde zijn om arbeidsongeschiktheid te voorkomen.

Langer arbeidsongeschikt met burn-out of depressie
De nieuwste studie van de OZ toont dat 1 op de 4 hoofddiagnoses (24,8 %) bij intrede in arbeidsongeschiktheid een psychosociale aandoening betreft. Een half jaar later, op de eerste dag van de zevende maand in arbeidsongeschiktheid, bedraagt het aandeel van mensen die arbeidsongeschikt zijn door een psychosociale aandoening, iets meer dan 40%. Opnieuw een half jaar later, wanneer men spreekt over intrede in invaliditeit (dus na 1 jaar arbeidsongeschiktheid), is dit 4 op de 10. 

Mensen met een psychosociale aandoening blijken dus lang arbeidsongeschikt dan gemiddeld: personen met een depressie zitten gemiddeld 4 maanden thuis, mensen met een burn-out 3 maanden. Dit is langer dan bijvoorbeeld personen in arbeidsongeschiktheid omwille van hart- en vaatziekten.

“Mentale gezondheidsproblemen blijven een belangrijke reden voor uitval en langdurige arbeidsongeschiktheid”, bevestigt Professor Arbeidsgeneeskunde Lode Godderis, Directeur Onderzoek bij Idewe. “En de kans bestaat dat in deze onzekere tijden dit aantal nog meer zal stijgen. Veel mensen hebben angst voor de toekomst, kunnen maar moeilijk om met de onzekerheid en ervaren veel stress.”

Deze cijfers blijken uit een analyse onder de leden van de OZ. Tussen 1 januari 2018 en 31 december 2018 traden circa 60.000 leden in arbeidsongeschiktheid omwille van ziekte. Zij werden voor deze studie opgevolgd tot en met 31 december 2019.

Meer burn-out bij vrouwelijke bedienden 
Uit de analyse blijkt ook dat vooral bedienden arbeidsongeschikt worden door psychosociale aandoeningen. Bij bedienden beslaan psychosociale aandoeningen al bij intrede in arbeidsongeschiktheid ongeveer een derde van het totaal aantal diagnoses. Het aandeel neemt toe tot 55% na een half jaar en dat blijft ook zo na een jaar.

Dit is opmerkelijk hoger dan bij zelfstandigen en arbeiders. Bij zelfstandigen duurt het wel langer voor een dossier kan worden afgesloten en het aandeel zelfstandigen dat arbeidsongeschikt is door een burn-out of depressie neemt sterk toe na een half jaar en bij intrede in invaliditeit. 

Vrouwen worden in vergelijking met mannen dubbel getroffen door psychosociale aandoeningen. Ten eerste krijgt 30% van de vrouwen bij de opstart van arbeidsongeschiktheid een psychosociale aandoening als diagnose, terwijl dit bij mannen slechts 19% is. Ten tweede duurt het langer voor dit soort dossiers afgesloten worden bij vrouwen, dan bij mannen. Het verschil tussen mannen en vrouwen werd eerder al aangetoond door het Riziv, voor intrede in invaliditeit. Dat intrede in arbeidsongeschiktheid bij vrouwen in vergelijking met mannen zo uitgesproken veel meer gebeurt omwille van psychosociale aandoeningen, is een nieuwe bevinding.

Vooral jongere werknemers
Jonge werknemers, tussen 20 en 40 jaar, lijken meer vatbaar om thuis te zitten door een psychosociale aandoening dan hun oudere collega’s. Maar zij gaan wel terug sneller aan de slag.
“Arbeidsre-integratie is een belangrijk onderdeel van de behandeling van mentale gezondheidsproblemen en het is belangrijk dat dit tijdig wordt opgestart”, legt Professor Godderis uit. “Tijdens een periode van arbeidsongeschiktheid is het waardevol dat er blijvend contact is met het werk. Dit bevordert een geslaagd herstel en helpt ook om vlotter terug aan het werk te gaan.”

Preventie en investeren in welzijn van de werknemers
Arbeidsongeschiktheid verdient voldoende aandacht, ongeacht de reden waarom iemand niet kan gaan werken. Daarom zien de Onafhankelijke Ziekenfondsen dit als een prioriteit, die werd opgenomen in hun memorandum 2019. “En dit gaat verder dan alleen arbeidsongeschiktheid omwille van psychosociale aandoeningen”, verduidelijkt Astrid Janssens, Adjunct Medisch Directeur bij de Onafhankelijke Ziekenfondsen. “Preventie is de beste remedie om arbeidsongeschiktheid te voorkomen. Dit geldt zeker voor burn-out, maar ook voor bijvoorbeeld bot- en spierziektes. ”

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.