Bvas stelt een kilometer-uurvergoeding voor voor lange reistijden tijdens wachtdiensten. De vergoeding is een nationale aanvulling op de vergoeding die nu al in bepaalde gemeenten geldt.

Omdat de bevolking in dunbevolkte gebieden erg gespreid is, moeten huisartsen in die regio's vaak lang reizen tijdens wachtdiensten. Vooral sinds de fusie van wachtzones rond de wachtposten zijn de reistijden van artsen aanzienlijk toegenomen.

Momenteel bestaat er enkel een "aanvullende reiskostenvergoeding voor huisartsen in plattelandsgebieden". Die wordt berekend op basis van de afstand tussen de woning van de patiënt en de dichtstbijzijnde huisartsenpraktijk als die afstand meer dan drie kilometer bedraagt.

Aangezien die echter maar in een beperkt aantal gemeenten geldt, dient Bvas bij de Technische Geneeskundige Raad van het Riziv een voorstel in voor een aanvullende vergoeding die in het hele land wordt toegepast.

• In de nomenclatuur wordt een aanvullende kilometer-uurvergoeding voor lange verplaatsingen tijdens de wachtdienst opgenomen;
• De berekening van het aantal kilometers wordt gebaseerd op tweemaal de afstand tussen de woonplaats van de patiënt en de wachtpost of de huisartsenpraktijk als de wachtdienst niet via een wachtpost wordt georganiseerd en dit, indien die afstand meer dan vijftien kilometer bedraagt;
• Deze kilometer-uurvergoeding wordt in het hele land toegepast.

Om te voorkomen dat patiënten uit gemeenten die het verst van een wachtpost verwijderd zijn, worden gestraft, stelt Bvas voor om de vergoeding te innen via de derdebetalersregeling, aldus dr. Philippe Devos, voorzitter, dr. Dirk Scheveneels, ondervoorzitter (foto), en dr. David Simon, bestuurslid.