Het Fonds voor Medische Ongevallen (FMO), dat tien jaar geleden werd opgericht, heeft in 2019 ruim 5,7 miljoen euro aan de slachtoffers van een medisch ongeval gestort en 53 procent van het totale aantal dossiers afgesloten. Dit heeft het Riziv (Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering) gemeld in zijn jaarrapport over het fonds, dat van het Riziv afhangt.
Het beheer van de dossiers, dat met een chronische achterstand kampt, blijft de goede kant op gaan, verzekert het Riziv in een mededeling. Achtenvijftig procent van alle dossiers heeft een advies ontvangen, maar ze zijn daarom niet noodzakelijk afgesloten. Sinds de oprichting van het FMO heeft het fonds in totaal 21,992 miljoen euro gestort aan slachtoffers.
Het FMO, dat in april 2010 op initiatief van toenmalig minister van Sociale Zaken Laurette Onkelinx werd opgericht, wil een eenvoudigere procedure dan de gerechtelijke aanbieden aan de patiënt die een vergoeding wil voor een medisch ongeval, ongeacht de oorzaak van de geleden schade.
"Ondanks de gigantische inspanning van het FMO en zijn medewerkers bestaat er nog steeds een achterstand in de behandeling van de dossiers. Sinds 2017 neemt de achterstand af. Deze trend werd bevestigd in 2018 én in 2019. Eind 2019 had het Fonds zelfs meer afgesloten dossiers (53 pct) dan open", aldus het Riziv.
In juni meende het Rekenhof dat het FMO zijn doel nog niet bereikt had om de procedures voor de patiënten eenvoudiger, sneller en goedkoper te maken. In een rapport voor het parlement wees de waakhond ook op de "talrijke problemen" in de werking van het fonds, waartoe zich slechts één slachtoffer op de tien richt.