Minister Vandenbroucke (Vooruit) en het Riziv hebben het soms lastig met transparantie en openbaarheid van bestuur. Zo weigert de minister volgens het Laatste Nieuws al een jaar om zijn covid-mails vrij te geven, en zou hij zelfs de nieuwe wet Openbaarheid van Bestuur tegenwerken. Zelf mochten we al ervaren dat het Riziv geen toonbeeld van transparantie is in enkele kwesties die artsen aanbelangen.
De covid-mails in kwestie vroeg Het Laatste Nieuws (HLN) op via de huidige Wet op Openbaarheid van Bestuur (WOB). Het gaat om het mailverkeer tussen hem, GEMS-voorzitter Erika Vlieghe en corona-commissaris Pedro Facon. Het HLN vindt die communicatie behoren tot het publieke domein: de mails speelden een hoofdrol in het beheer van de grootste gezondheidscrisis die ons land ooit gekend heeft.
Minister Vandenbroucke vindt dat 'Het Laatste Nieuws' misbruik maakt van de wet en dat het te veel inspanning kost om duizenden mails op een correcte manier openbaar te maken. Vorig jaar wees hij daarom twee keer een verzoek tot vrijgave af, maar de beroepscommissie (CTB) gaf hem in oktober ongelijk. Dat advies is echter niet bindend en dus mocht Vandenbroucke het negeren. In november deed hij dat effectief.
Een consortium van ngo's en vakverenigingen hoopt alvast dat het verzet tegen een amendement - om het CTB-advies bindend te maken - alsnog gestaakt wordt. In alle deelstaten heeft een beroepscommissie de macht om een bindend oordeel te vellen, behalve op het federale niveau, zegt Charlotte Michils van de Vereniging van Journalisten. Dat is al jaren een probleem. Deze regering had beloofd om van transparantie een strijdpunt te maken. Onder meer Groen en Ecolo hadden in 2021 zelfs een wetsvoorstel klaar mét meer macht voor de beroepscommissie. Dat men daar vandaag op terugkomt, is teleurstellend.
Riziv
Ook De Specialist richtte zich al enkele keren tot het Riziv met de vraag om informatie vrij te geven die in principe valt onder de WOB.
Een eerste keer gebeurde dat enkele jaren geleden met de vraag om de agenda vooraf vrij te geven van de vergaderingen van de medicomut (nationale commissie artsen-ziekenfondsen). Dat lijkt op zich geen onoverkomelijk probleem aangezien zelfs de agenda van de ministerraad enkele dagen vooraf aan de pers wordt meegedeeld. Maar blijkbaar schermt het Riziv die agenda liever af. Nochtans worden in de medicomut beslissingen genomen die slaan op een budget van om en bij de 10 miljard.
Een tweede keer ging onze vraag over transparantie bij de medische verkiezingen. Iedereen herinnert zich nog de erkenningsprocedure die AADM moest volgen om te beantwoorden aan de voorwaarden voor deelname aan de verkiezingen van 2023 (vertegenwoordigd zijn in beide landsdelen en leden tellen bij zowel huisartsen als specialisten). Zonder stelling te nemen voor of tegen dit syndicaat - dat is onze taak niet - was het wel in het belang van onze lezers om te weten hoe die erkenning werd afgewikkeld en hoe het proces precies was verlopen.
De wet zegt daarover: "Het proces-verbaal van elke controle wordt in het Frans en in het Nederlands opgemaakt door de twee attachés-sociaal inspecteurs en wordt mede ondertekend door de gerechtsdeurwaarder aangewezen door de leidend ambtenaar en door de eventuele aanwezige gerechtsdeurwaarders, die er hun eventuele opmerkingen kunnen in vermelden."
In het verkiezingsdebat daarover liet de AADM-vertegenwoordiger ook weten dat het geen probleem kon zijn om het proces-verbaal dienaangaande op te vragen.
Privacy
Dus vroegen we het Riziv of we het desbetreffende proces-verbaal konden inzien. Daarop volgde eerst een antwoord naast de kwestie. Na een verdere precisering van de vraag begin juni en twee weken windstilte, luidde het begin vorige maand: "Overeenkomstig artikel 6, § 2, 1° van de wet van 11 april 1994, kunnen wij u deze documenten niet meedelen, noch er inzage in verlenen omdat de openbaarmaking van deze bestuursdocumenten afbreuk doet aan de persoonlijke levenssfeer van de artsen wier persoonsgegevens vermeld zijn op deze documenten."
Het is inderdaad logisch dat het Riziv geen namen van syndicale leden vrijgeeft die in het pv vermeld worden omdat dan de privacywet geschonden wordt. Maar die privacywet mag niet dienen om zich te verbergen achter een gebrek aan transparantie. Het moest toch mogelijk zijn om een versie van het pv vrij te geven met daarbij de geanonimiseerde namen van de leden, vroegen we. Daarop liep dit antwoord binnen van de communicatieverantwoordelijke: "Het is me nog niet duidelijk of het eventueel kan geanonimiseerd worden. Daar wacht ik nog op een antwoord."
Intussen zijn we weer drie weken verder en liggen de verkiezingen al enige tijd achter ons. Op het antwoord wachten wij ook nog steeds.
> Neemt Sciensano samen met regering loopje met openbaarheid van bestuur?